Geen bijbehorend bouwwerk zonder hoofdgebouw

Geen bijbehorend bouwwerk zonder hoofdgebouw

Een bouwwerk kan alleen een bijbehorend bouwwerk zijn, als op het perceel ook een hoofdgebouw aanwezig is. Dit volgt uit de begripsomschrijving van ‘bijbehorend bouwwerk’ zoals neergelegd in artikel 1 van bijlage II van het Bor. Om als hoofdgebouw in de zin van artikel 1 van bijlage II van het Bor te kunnen worden aangemerkt, moet het gebouw noodzakelijk zijn voor de verwezenlijking van de (huidige of toekomstige) bestemming van het perceel.

Indien meer gebouwen op het perceel aanwezig zijn, is van belang welk gebouw gelet op de op het perceel rustende bestemming het belangrijkst is. Bij een woonbestemming zal dit bijvoorbeeld de woning of het woongebouw zijn. Een gebouw is niet noodzakelijk voor de verwezenlijking van de (huidige of toekomstige) bestemming, indien het gebouw dient ten behoeve van het gebruik van omliggende gronden.

In een discussie tussen het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Heemskerk over – kort gezegd – handhavingsperikelen rondom een volkstuincomplex, komt de Afdeling in een uitspraak van 5 juni 2024 tot het oordeel dat een hoofdgebouw ontbreekt. Dan kan dus ook geen sprake zijn van bijbehorende bouwwerken. Een algemeen gebouw – dat door de rechtbank nog als hoofdgebouw was gekwalificeerd – staat volgens de Afdeling ten dienste van het gebruik van de omliggende gronden als volkstuinencomplex. De gronden zijn, omgekeerd, niet ingericht ten dienste van het gebruik van het gebouw. Nu het gebouw kennelijk vooral was ingericht voor administratieve doeleinden en materiaalopslag, valt dit oordeel van de Afdeling goed te volgen.

Ook overigens is deze uitspraak van de Afdeling het signaleren waard, nu de Afdeling in navolging van de uitspraken van de CRvB van 2 april 2024 (ECLI:NL:CRVB:2024:635 en ECLI:NL:CRVB:2024:636) voortaan als uitgangspunt hanteert dat het enkele niet vergoeden van bezwaarkosten niet langer een zelfstandig procesbelang oplevert. Op dit uitgangspunt wordt een uitzondering aangenomen indien het betrokken bestuursorgaan zijn besluit in bezwaar heeft herroepen zonder daarbij een vergoeding van bezwaarkosten toe te kennen terwijl daar wel om was gevraagd, of als de hoogte van een toegekende vergoeding van bezwaarkosten in geschil is. Wel beperkt de toets zich dan (in beginsel) tot de gegeven beslissing over de bezwaarkosten als zodanig.