Bedrijfsongeval: rechtbank legt aanzienlijk hogere boete op dan geëist

Bedrijfsongeval: rechtbank legt aanzienlijk hogere boete op dan geëist

Relevantie
Als een strafzaak voor de rechter wordt gebracht, dan blijft het aan de rechter om bij een eventuele veroordeling de straf te bepalen. Het recente vonnis van de rechtbank Oost-Brabant van 21 februari 2023 toont aan dat de rechtbank een aanzienlijk hogere straf op kan leggen dan door het Openbaar Ministerie geëist. Voor een verdachte kan het daarom van belang zijn om bij het Openbaar Ministerie af te tasten of een buitengerechtelijke afdoening tot de mogelijkheden behoort.

Samenvatting
De strafzaak die zich voor de rechtbank Oost-Brabant afspeelde betrof een dodelijk bedrijfsongeval. In dat kader werd het bedrijf vervolgd voor het overtreden van artikel 32 Arbeidsomstandighedenwet. In dit artikel staat kort gezegd een zorgplicht opgenomen voor bedrijven.

Het Openbaar Ministerie eiste een geldboete ter hoogte van EUR 30.000,–. Hoewel sprake is geweest van een schending van de redelijke termijn, achtte de officier van justitie dat hieraan geen gevolg moest worden gegeven bij de oplegging van de straf.

De rechtbank komt – anders dan door de verdediging werd bepleit – tot een veroordeling. Anders dan de eis van het Openbaar Ministerie heeft de rechtbank echter een geldboete opgelegd ter hoogte van EUR 75.000,–. Daarbij is wel rekening gehouden met de overschrijding van de redelijke termijn. Indien geen sprake zou zijn geweest van een overschrijding, zou een geldboete van EUR 80.000,– zijn opgelegd, zo volgt uit het vonnis.

Welke redenen worden door de rechtbank genoemd om tot deze straf te komen? Door de rechtbank is meegenomen dat eerder soortgelijke ongevallen (zonder dodelijke afloop) hebben plaatsgevonden binnen het bedrijf. Het betreft een serieus verwijt en de draagkracht van de rechtspersoon is niet gering. In het voordeel van het bedrijf is daarentegen meegewogen dat i) goed en frequent contact is onderhouden met de nabestaanden en ii) de financiële verplichtingen door de rechtspersoon zijn voldaan.

Bij motivering van de straf is het opvallend dat de rechtbank ook heeft overwogen dat er geen andere mogelijkheid is dan het opleggen van een geldboete, omdat de verdachte een rechtspersoon is. Hoewel er doorgaans inderdaad voor wordt gekozen om een rechtspersoon een boete op te leggen, hebben rechters ook de mogelijkheid om bijkomende straffen op te leggen. Zo bestaat de mogelijkheid om rechtspersonen geheel of gedeeltelijk stil te leggen voor ten hoogste één jaar of de uitspraak niet-anoniem te publiceren.