Sluiting woning: sociale telt mee

Sluiting woning: sociale telt mee

Een sluiting op grond van artikel 13B Opiumwet kan onevenredig zijn indien een betrokkene geen verwijt van de overtreding kan worden gemaakt. Volgens de Raad van State spelen bij het antwoord op deze vraag ook de eventueel kwetsbare positie van een persoon en de psychische gesteldheid een rol. Op grond van deze omstandigheden wordt de sluiting van een woning door de burgemeester van Hoorn in de uitspraak van de Afdeling van 29 januari 2025 onevenredig geacht, alhoewel de persoon in kwestie op de hoogte was van het bestaan van een kwekerij in haar woning en zij had nagelaten om actie te ondernemen.

Dit oordeel van de Afdeling kan goed gevolgd worden gelet op de situatie van de betrokkene die uitgebreid wordt beschreven in de uitspraak. De Afdeling laat de sociale en psychische kwetsbaarheid van de betrokkene vervolgens ook meewegen in de belangenweging. Kort en goed wegen de persoonlijke situatie van betrokkene en de gevolgen vanwege de sluiting (verlies van een woning en geen verhuurdersverklaring) zwaarder dan de belangen van de burgemeester. Daarbij betrekt de Afdeling ook dat van overlast in de omgeving door loop naar de woning of feitelijke handel in of vanuit de woning niet is gebleken.

Was dit wel het geval geweest, dan zou het oordeel van de Afdeling mogelijk anders zijn geweest. Het openbare orde belang om de woning te sluiten was dan groter. Gelet op de kwetsbare positie van de betrokkene, was in dit specifieke geval voorstelbaar geweest dat door de burgemeester vervangende woonruimte zou zijn aangeboden aan de betrokkene.